hoofdstuk 11 (Patrick)

a
"Denk je nog steeds dat ze er iets mee te maken heeft?"
Het was een vraag waar Alex wel het antwoord op dacht te weten. Alleen wilde hij het uit de mond van zijn partner horen. Gezamenlijk liepen ze naar de parkeerplaats bij het bureau, maar pas bij de wagen verbrak Zeth zijn stilzwijgen. Door zijn toedoen was er een onderzoek naar Maaike ingesteld. Deze dwaling had hen echter niets bruikbaars opgeleverd.
"Ik heb er geen bewijzen voor gevonden", zei Zeth nors, "maar mijn gevoel zegt me dat we haar nog eens zullen zien."
"In het mortuarium?", vroeg de gezette rechercheur, somber gestemd.
"Of de verhoorkamer."
Zuchtend schudde Alex langzaam het hoofd. Blijkbaar kon hij het de tengere man niet uit zijn hoofd praten.
"Heb je het adres?"
Zeth zwaaide met de kleine computer in zijn hand.
"Heb ik al achter mijn bureau ingevoerd."
"Kunnen we onderweg nog ergens gaan eten?"
In plaats van te antwoorden zag hij de vingers van Zeth razendsnel over het scherm bewegen. Tot verbazing van Alex wist hij een lijst van tankstations en fastfood-restaurants met goede referenties op te sommen, die ze onderweg naar Amsterdam zouden tegen komen. Misschien werd het toch eens tijd dat hij zich ook meer bezig ging houden met de computers en de vele mogelijkheden ervan. Hij had er weinig behoefte aan om in een slecht bekend staand eettentje te belanden om ’s avonds op het toilet nog lang na te kunnen genieten van wat hij eerder had gegeten.

Aan de gelaarsde voeten van Incertus lag een naakt en trillend gedaante in een plas water. Over het hele lichaam kon hij de vele onderhuidse bloeduitstortingen en blaren zien, die door hem waren veroorzaakt. Hier en daar waren bloedende wondjes te onderscheiden. Enigszins teleurgesteld liet hij de lans van de hogedrukreiniger zakken. Hij had grote verwachtingen gehad van de vele gevaarsymbolen op het apparaat. De verkoper had hem verkeerd voorgelicht en was zonder twijfel een incompetente idioot. Hij had de jongeman tijdens de ontmoeting nog harder toegetakeld met zijn gehandschoende handen dan met de hogedrukreiniger later het geval was. Incertus schoof zijn beslagen veiligheidsbril omhoog en keek hoofdschuddend om zich heen. Alles in de garage was nat of vochtig geworden. Het was maar goed dat hij een waterdichte overall had aangetrokken. De kleine put in de vloer kon de stroom van water en verdund bloed nauwelijks verwerken.
"Hoe voelt het om slechts een kleine rol in je eigen film te spelen? Ditmaal ben ik de regisseur."
Grijnzend wees hij over zijn schouder in de richting van de opgestelde camera. Er zorgvuldig voor wakend dat hij er voortdurend met zijn rug naar toe stond. Bezorgd had Patrick hem zelfs van adviezen voorzien hoe hij de kwetsbare apparatuur tegen het water moest beschermen.
De nieuwe layout waar Patrick zoveel werk in had gestoken deed Incertus dagelijks gruwelen. De eerste maal dat hij deze zag had het hem zelfs een schok gegeven. Het was blijkbaar niet genoeg geweest om hem te verbannen. Alles waar hij zo aan gehecht was geraakt moest om voor hem onbegrijpelijke redenen veranderd worden. Hoe kortzichtig kon men zijn om te denken dat hij vanaf de zijlijn zou blijven toekijken hoe Online Verhalen ten gronde ging.
"Deze film zal straks meer bekijks trekken dan je is gelukt met Zebra"
Vanaf de vloer steeg een luid gekreun op.
Incertus had zijn aandacht al weer verlegd. Het was kinderlijk eenvoudig verlopen. Zoals bijna elke keer het geval was geweest. Al vormde JodieJJ een pijnlijke uitzondering op deze regel, die hij uit zijn herinneringen probeerde te verdringen. Het bleek bijzonder lastig te zijn omdat zijn arm als hij deze zijwaarts uitstrekte nog steeds zeer deed. Patrick had na gebruik van het stroomstootwapen echter geen verzet meer kunnen bieden. Het was gebeurd in de deuropening, voor de globale moderator zelfs maar had kunnen vragen waarvoor de onbekende had aangebeld. De spanning van de afgelopen weken hadden de paranoïde neigingen van Incertus versterkt. Hij had zich geen tijd gegund om een act op te voeren. Al had de jeugdige
regisseur het misschien wel kunnen waarderen.

Het ergste vrezend keek Alex naar de onder de dichte garagedeur door stromend water. Hij wisselde een blik met Zeth, die reeds zijn wapen had getrokken.
"Ik heb de oplossing gevonden voor mijn probleem."
Het was twijfelachtig of Patrick zich wel bewust was van het probleem waar Incertus mee kampte. Hij zag de jongeman kijken naar wat hij in zijn hand neer. Trots op zijn oplossing zette hij het pakje boter neer. De elektrische hogedrukreiniger had eenvoudig te weinig kracht om het vlees van de botten van de moderator te spuiten. Hij begon de grote spuitkop met boter in te smeren.
"Tot zover heb ik nog maar weinig bereikt, maar inwendig kan ik met een straal heet water veel meer schade aanrichten."
Incertus begon te grijnzen toen het onbegrip op het gelaat van Patrick in afgrijzen veranderde.
"Als je denkt dat het inbrengen pijn gaat doen dan heb je gelijk. Ik garandeer je echter dat je deze pijn onmiddellijk vergeten zal zijn zodra ik de trekker overhaal."
"Politie."
Geschrokken draaide Incertus zich om. Hij zag een forse man in de deuropening staan met een pistool in zijn hand. Eigenlijk zonder erbij na te denken reageerde Incertus. Een straal heet water raakte de borst van de terug deinzende rechercheur voor deze zijn gezicht bereikte. De spuitlans was met diverse mogelijkheden uitgerust waar de man gebruik van maakte. De garage vulde zich razendsnel met stoom.
Hijgend verscheen Alex voor de tweede maal in de deuropening met het wapen in de aanslag. Hij kneep zijn bruine ogen tot spleten, maar de mist bleef ondoorzichtig.
"Dit is de politie. Geef je over."
Een vage schim bewoog zich dichterbij. Onzeker over wat hij zag beet Alex op zijn onderlip.
"Ik schiet", dreigde de rechercheur.
De straal water trof hem in het kruis. Ditmaal was er geen aarzeling. Het pistool schokte in zijn hand. De schim kwam dichterbij. Meer schoten werden er gelost. Een naakte jongeman viel tegen hem aan. Hierop onbedacht viel Alex achterover.
Zeth had de auto op het pad gezet om de mogelijke vluchtweg te blokkeren. De wagen als schild gebruikend wachtte hij of iemand daadwerkelijk de garagedeur zou openen. Hij hoorde Alex bevelen schreeuwen en knikte instemmend. Het afgesproken plan veranderde voor de rechercheur zodra er meerdere schoten klonken. Tot het uiterste gespannen kwam Zeth snel achter de wagen vandaan. Voorzichtig wierp hij een blik om de hoek en zag zijn collega met iemand worstelen. Een persoon in een witte overall met een capuchon was naast hem neer geknield.
"Halt, politie."
Volgens de regels loste hij een waarschuwingsschot in de lucht en richtte vervolgens op de man in de witte overall.
Incertus was niet gebonden aan de regels, die de politie zich zelf had opgelegd. Hij had het gevallen pistool van de rechercheur opgeraapt net voor Zeth van zich liet horen. In wilde weg vuurde hij op de snel weg duikende agent. De terugslag van het wapen en de onbekendheid ermee maakte het afvuren van gerichte schoten onmogelijk, maar Incertus won er wel kostbare tijd mee. Hijgend van de inspanning keek hij om zich heen. De tuin was aan omgeven door muren en een schutting. Hij wist dat de buren een grote hond hadden. De enige uitweg was dus omhoog.
"Dit is de politie. Leg je wapen neer of ik open het vuur."
Een weelderig groeiende druif had zijn aandacht getrokken. De takken werden langs een raamwerk geleid, welke Incertus gebruikte om op het dak van de garage te komen. Nog een laatste schot lossend in de richting van de deur waar hij de andere agent in burger had gezien en toen was hij verdwenen.
Zeth wilde zojuist om de hoek kijken toen de kogel rakelings langs hem heen vloog. Hij stapte verder naar achteren, maar er volgden geen schoten meer.
"Kom op", fluisterde hij zich zelf moed in.
Na twee keer diep te hebben adem gehaald wierp hij een snelle blik om de hoek.
"Waar is hij?", schreeuwde Zeth.
Klauwend naar zijn borst wees de bezweette en kortademige Alex met zijn andere hand naar het dak. Hij zag zijn collega dichterbij komen. Het pistool gericht op de dakrand.
"Alex, Alex, wat is er?"
Bezorgd keek Zeth naar de bewegingloze gedaante naast zijn collega. Hij zag overal bloed. Het overhemd van Alex was rood doorweekt, maar ook op de borst van de jongeman zag hij bloed. Één van de twee was ernstig gewond geraakt en misschien wel allebei.
"Ben je getroffen?"
Alex schudde het hoofd voor hij weer ging liggen. Hij had het opgegeven om overeind te komen. De pijn in zijn borst spreidde zich uit. Toch had hij andere zorgen.
"Ik heb de verkeerde geraakt", fluisterde Alex.
In paniek alarmeerde Zeth de centrale. Hij had geen enkele aandacht meer voor de stervende Patrick. Vanuit zijn ooghoek bespeurde hij boven zich beweging. Een toevallig over de dakrand lopende zwarte kater moest de middagwandeling bijna met de dood bekopen.
"Ik heb een ambulance nodig. Ik heb hier twee gewonden", schreeuwde Zeth, maar de rustige stem van de centralist kalmeerde hem weer enigszins. De centralist wist een adres aan de paniekerige rechercheur te onttrekken voor hij vragen begon te stellen. Zeth trok ruw het overhemd van Alex kapot. Nergens kon hij de inslagwond van een kogelgat vinden. Hij zag de hand van Alex weer naar zijn borst gaan voor hij het bewustzijn verloor. Plotseling drong het tot Zeth door wat er aan de hand was.
"Mijn maat heeft een hartaanval."
Hij legde het wapen neer om met reanimeren te beginnen. De rook van sigaretten uit de mond van Alex trotserend blies Zeth wanhopig lucht in de longen van zijn collega voor hij overschakelde op hartmassage.
"Blijf leven, vetklep. Dit doe je me niet aan. Blijf leven."
Een meter verder blies de globale moderator zijn laatste adem uit.